‘De sluiting van de galerie wordt mijn dood’

25-10-2013 17:45

De deur heeft hij al op slot gedraaid. De Anton Heyboer winkel aan de Amsterdamse Prinsengracht is dicht nadat het OM gisteren 180 werken in de zaak ‘hoogstwaarschijnlijk vals’ verklaarde en de uitbaters een koopverbod oplegde.

‘Ik ben geruïneerd’, zegt eigenaar Georges Knubben. Hij zwijgt en begint geluidloos te huilen. ‘Nu kan ik niks meer.’ In het museum in Heiloo stond een expositie gepland en ook het Groninger Museum toonde interesse voor een overzichtstentoonstelling. ‘Dat gaat nu niet meer door als gevolg van dit gedoe. Niemand vertrouwt het zaakje meer.’

Dood

‘Dit wordt zijn dood’, zegt Knubben’s levenspartner Couzijn Simon. ‘We moeten alles verkopen. Voor mij is het een ets, een stukkie papier, maar voor hem is het alles.’ Stilte in de galerie. ‘Dit is mijn passie. Al vijfenveertig jaar’, zegt Knubben.

Coma

De winkel van de inmiddels hoogseniore exploitanten begeeft zich sinds vandaag in comateuze toestand. Het OM wil verder onderzoek doen naar de authenticiteit van de werken en verbiedt voorlopig verdere verkoop.

Heyboer, die samenwoonde met vier vrouwen, overleed in 2005 en liet een imposant oeuvre na. ‘Heyboer was homo, maar dat willen die vrouwen van hem (de kunstenaar woonde met de dames in een commune in Den Ilp) niet weten’, zegt Simon. ‘Het is allemaal jaloezie dat ze ons nu juridisch opjagen. Zij willen zelf werk verkopen.’

Schok

Niettemin kwam de uitspraak kwam als een schok aan in de Amsterdamse kunstwinkel, waar Knubben nu hoofdschuddend langs de doeken schrijdt. Hij wijst naar een paar schilderijen, eentje ondertekend in 1959: een abstract met een man en vrouw aan elkaar geklonken, vastgelegd  op een voor een kunstleek ogenschijnlijk vergeeld paper. ‘Dit was niks waard toen. Dus, dan moet je toch wel heel geraffineerd te werk gaan om dat nu te vervalsen’, zegt Knubben. Die daarna gebiologeerd naar het schilderij staart.

Het OM meent op basis van onderzoek van het Nederlands Forensisch Instituut en de Universiteit van Amsterdam echter dat een deel van de collectie niet authentiek is. Het zou gaan om de nalatenschap van de Haarlemse kunstenaar Josef Santen (overleden 1988), die in de jaren ’40 en ’50 met Heyboer was bevriend.

Schuur

Knubben kan niet geloven dat er twijfel bestaat. Hij kocht de spullen van een Haarlemse handelaar die zich voorstelde als ‘Bijvoet,’ maar zich nooit identificeerde als hij weer met een verse lading aan de Prinsengracht verscheen. ‘Of ik hem vertrouwde?’, zegt Knubben. ‘Ja, hij kwam hier met de spullen, hij had ze gevonden in een schuur, vertelde hij. Hij gaf er niet om, want hij had etsen in simpel pakpapier gestopt.’

bijvoet                                                 Bijvoet, de mysterieuze  Heyboer-verkoper, op een foto.

Knubben: ‘Maar hij wilde zich nooit legitimeren.’ Knubben laat een foto van Bijvoet, een lange enigszins artistiek ogende figuur, zien. ‘Met het geld ging hij naar de hoeren’, weet Simon.

Knubben staart  inmiddels naar een andere foto waar Anton Heyboer de galerie aanprijst als het enige verkooppunt van zijn werk. Een verloren tijdperk.

knubben

                                                  Heyboer gaf Knubben toestemming zijn werk te verkopen

Bijvoet

Zou het kunnen dat deze Bijvoet Knubben te grazen heeft genomen door hem vervalste troep te verkopen? De nu omstreden verzameling Heyboers uit de jaren vijftig en zestig bouwde Knubben op tussen 2004 en 2009.

De kunstuitbater lijkt te beseffen dat hij misschien zelf slachtoffer is geworden van een zwendelaar. ‘Ja, ik was natuurlijk verslaafd aan Heyboer. Ik begreep zijn worsteling. Hij zat gevangen in die huwelijken en dat zie je terug in zijn werk’, zegt hij, en weer komen de tranen. ‘Ik snapte zijn gevecht zó goed.’

Echtheid

Knubben en Simon geloven echter heilig in de echtheid van het werk. Gelukkig oordeelde de civiele rechter eerder dat de galeriehouders geen deel uitmaken van de zwendel als mocht komen vast te staan dat het werk toch vals is. ‘We hebben een beetje gespaard’, zegt Knubben, ‘maar als iedereen zijn werk komt terugbrengen is het afgelopen.’

Voor sommige schilderijen vraagt Knubben 15.000 euro. ‘Als je een keer googlet weet je dat het vals is verklaard. Dat wil niemand meer hebben.’

‘Dat geld interesseert me niks’, zegt Simon. ‘Ik ben 72, wat heb ik daar aan?’

Mensenschuw

Aan verdere mediaoptredens hebben de heren geen behoefte. ‘Ik kan het niet. Dit grijpt me teveel aan’, vervolgt Kubben. ‘Hij doet altijd het woord’, wijst hij naar levensgezel Simon.

Dan gaat de bel. Een handschriftgeleerde komt de schilderijen nogmaals bekijken om de onschuld aan te tonen van de uitbaters . Simon: ‘Ik weet niet of er verder nog iemand komt. Zoveel relaties hebben we niet. We zijn door schade en schande mensenschuw geworden.’