Dautzenberg wandelt (10, slot)

26-06-2014 15:52

De laatste dauw druppelt geduldig langs de geelgroene stengel van de grote engelwortel. De verzadiging is bijna voorbij, de dampdruk nagenoeg verdwenen. In de verte krijgen de aflopende takken van een treurwilg reliëf – ze tikken zachtjes tegen het ontwakende water. Met het licht komt ook de diepte weer terug, en verdwijnt de hartstochtelijke redelijkheid van de duisternis. De vlakken laten elkaar weer los en zoeken houvast in het daglicht. 

Een vroege apollovlinder landt op de glimmende roze bol van de pastorale plant. Als een gereïncarneerde god die twijfelt aan zijn onsterfelijkheid slurpt hij met zijn lange roltong de overvloedige nectar op. Zijn behaarde borststuk draagt hij als een man, maar zijn frêle vleugels vormen een weelderige swaggermantel met batikmotief. Pigmenten kunnen het leven appetijtelijk attraperen.

Diederik vertelt me dat engelwortelolie het lijden kan verlichten. Eens was het een medicijn tegen pestilentie, tegenwoordig duikt de archangelica op in likeuren, soepen en parfums. Ook het lijden evolueert.

Ik graaf met mijn handen in de zachte griendgrond een worteltak vrij en breek die af. In mijn palm vang ik het gele melksap op. Gulzig drinkt mijn vriend mijn hand leeg. Ik lik de huid schoon en veeg mijn hand af aan mijn kaki kniebroek.

Diederik vertelt dat de zon straks de meest noordelijke positie ten opzichte van de aarde bereikt – vandaag is de langste dag van het jaar. Ik sta op en begin zachtjes te zingen:

When the moon is in the seventh house
And Jupiter aligns with Mars

Diederik gooit zijn hoofd in de nek, streelt met zijn handen vreugdevol de zilveren ochtendlucht en zingt uit volle borst:

Then peace will guide the planets
And love will steer the stars

Blijmoedig huppelen we met onze mollige middelbare-mannen-lijven door het natte gras en genieten van het leven – spring tranen, spring. Al snel zijn onze blote springbenen beschilderd met een jeu van stuifmeel – vruchtbaar impressionisme zonder limiterende lijst. De oeverplanten proberen ons met hun horige halmen te vangen, hun stampers hunkeren naar ontvangenis.

Uit het gebladerte van een hazelaar treedt een fazantenhaan parmantig tevoorschijn. Hij kijkt ons even goedkeurend aan en verdwijnt weer in het groene geheimenis. De natuur is tevreden.

Let the sunshine
Let the sunshine in
The sunshine in

 

© A.H.J. Dautzenberg
Onlangs verscheen En dan komen de foto’s bij Atlas-Contact (40 verhalen, 336 pagina’s, € 19,95). Bestel hier.

Begin september verschijnt bij Atlas-Contact De Fictiefabriek, een bevrijdingsroman in brieven, van Diederik Stapel en A.H.J. Dautzenberg.

 

Lees hier de overige bijdragen van Anton Dautzenberg.